Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·cro·groen·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord microgroente microgroentes
microgroenten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de microgroentev

  1. (voeding) zeer vroeg geoogste groente die men in een gerecht gebruikt als garnering of voor het aanbrengen van smaaknuances
     Heb je er al eens aan gedacht om mini-komkommers op je aanrecht te kweken? Een Belgische start-up is ervan overtuigd dat we in de toekomst thuis microgroenten gaan kweken. ‘Hierdoor realiseren we ons dat veldsla niet uit plastic zakjes komt.’[1]


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Freek Evers
    “Nieuwe trend: mini-groenten telen in je woonkamer” (15-05-2019), Tubantia