malchance
- mal·chan·ce
- uit het Frans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | malchance | malchances |
verkleinwoord |
de malchance v
- Het woord malchance staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "malchance" herkend door:
32 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ HP de Tijd 16/07 | 2018 door:Jeroen Wielaert HP/De Tour: On the road again
- ↑ (1980)–Cyriel Buysse In 't klompjesland
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be