En makrell
Een makreel
  • ma·krell
Naar frequentie 25633
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   makrell     makrellen     makreller     makrellene  
genitief   makrells     makrellens     makrellers     makrellenes  

makrell, m [1]

  1. (straalvinnigen) Scomber scombrus  , makreel
    «Å fiske makrell er utrolig morsomt når det er sesong for makrellen.»
    Makreelvisserij is ongelooflijk leuk als het is seizoen voor de makreel.


  • ma·krell
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   makrell     makrellen     makrellar     makrellane  

makrell, m

  1. (straalvinnigen) Scomber scombrus  , makreel