maizenapapje
- Geluid: maizenapapje (hulp, bestand)
- IPA: /mɑjˈzenaˌpɑpjə/
- mai·ze·na·pap·je
- maizenapap met het achtervoegsel -je
het maizenapapje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord maizenapap
- Maak ondertussen in een kopje een maizenapapje: roer twee afgestreken eetlepels maizena door wat water. [1]
- maïzenapapje (andere uitspraak)[2]
- Het woord 'maizenapapje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ "Potje roer, roer, roer Warm appeltoetje" in: Nieuwsblad van het Noorden jrg. 96 nr. 66 (19 maart 1983); p. 38 kol.6; geraadpleegd 2017-01-03
- ↑ Zie taaladvies Onze Taal