Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maakt door
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
doormaken

maakt (…) door

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doormaken
    • Jij maakt door. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doormaken
    • Hij maakt door. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van doormaken
    • Maakt door! 

Gangbaarheid