• maak los
vervoeging van
losmaken

maak los

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van losmaken
    • Ik maak los. 
  2. gebiedende wijs van losmaken
    • Maak los! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van losmaken
    • Maak je los?