Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ligt aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanliggen

ligt (…) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanliggen
    • Jij ligt aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanliggen
    • Hij ligt aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanliggen
    • Ligt aan! 

Gangbaarheid