levenden
- le·ven·den
de levenden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord levende
- vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden[1]
levenden
- datief van levend , archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
- Het woord levenden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "levenden" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Apostolische geloofsbelijdenis.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be