lerarensalaris
- le·ra·ren·sa·la·ris
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lerarensalaris | lerarensalarissen |
verkleinwoord |
het lerarensalaris o
- het loon dat een leraar krijgt voor zijn werkzaamheden
- ▸ Daarmee lijkt de voormalige VVD-fractieleider er na de ochtendsessie van de formatieonderhandelingen op te hinten dat een nieuw kabinet ook extra geld wil uittrekken voor lerarensalarissen.[1]
- ▸ De eerste 10 procent van het bedrag doneerde ik zelf, geïnspireerd door de vader van Malala die jaarlijks 10 procent van zijn lerarensalaris aan hulpbehoevende mensen in zijn gemeenschap geeft.[2]
- Het woord lerarensalaris staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Hanneke Keultjes“'Formatie doorslaggevend voor toekomst lerarensalaris'” (18-08-2017), Tubantia
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers