lepelden op
- Geluid: lepelden op (hulp, bestand)
- le·pel·den op
vervoeging van |
---|
oplepelen |
lepelden (...) op
- meervoud verleden tijd van oplepelen
- Wij lepelden op.
- Jullie lepelden op.
- Zij lepelden op.
- Wij lepelden op.
- Het woord lepelden op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.