laid

  1. verleden tijd van lay
  2. voltooid deelwoord van lay


  1. Ontleend uit Oudfrankisch *laiþ onaangenaam, vergelijk Nederlands leed, Duits leid, e.d.
  enkelvoud meervoud
  mannelijk   laid laids
  vrouwelijk   laide laides

laid

  1. lelijk, onaangenaam om te zien
  2. lelijk van karakter, moreel onfatsoenlijk, laag