Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • laad·de vol
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
volladen

laadde vol

  1. enkelvoud verleden tijd van volladen
    • Ik laadde vol. 
    • Jij laadde vol. 
    • Hij, zij, het laadde vol. 


Gangbaarheid