• kyrk·je·lyd
  • Samenstelling van de Nynorske zelfstandige naamwoorden kyrkje en lyd.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   kyrkjelyd     kyrkjelyden     kyrkjelydar     kyrkjelydane  

kyrkjelyd, m

  1. kergemeente, kerkgenootschap
  2. de bezoekers van een kerkdienst