kruipt binnen
- kruipt bin·nen
vervoeging van |
---|
binnenkruipen |
kruipt (...) binnen
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenkruipen
- Jij kruipt binnen.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenkruipen
- Hij kruipt binnen.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van binnenkruipen
- Kruipt binnen!
- Het woord kruipt binnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.