krabbelden neer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: krabbelden neer (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkrɑbəldə(n) ˈner / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- krab·bel·den neer
Woordherkomst en -opbouw
- uit krabbelden (werkwoord) en neer (bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
neerkrabbelen |
krabbelden (…) neer
- meervoud verleden tijd van neerkrabbelen
- Wij krabbelden neer.
- Jullie krabbelden neer.
- Zij krabbelden neer.
- Wij krabbelden neer.
Gangbaarheid
- Het woord krabbelden neer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.