kraakten af
- Geluid: kraakten af (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkraktə(n) ˈɑf / (3 lettergrepen)
- kraak·ten af
vervoeging van |
---|
afkraken |
kraakten (…) af
- meervoud verleden tijd van afkraken
- Wij kraakten af.
- Jullie kraakten af.
- Zij kraakten af.
- Wij kraakten af.
- Het woord kraakten af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.