koppelt af
- Geluid: koppelt af (hulp, bestand)
- kop·pelt af
vervoeging van |
---|
afkoppelen |
koppelt af
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkoppelen
- Jij koppelt af.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkoppelen
- Hij koppelt af.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van afkoppelen
- Koppelt af!
- Het woord koppelt af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.