Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·or·na·ment
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerstornament kerstornamenten
verkleinwoord kerstornamentje kerstornamentjes

Zelfstandig naamwoord

het kerstornamento

  1. (kerst) kerstdecoratie, vaak opgehangen in een kerstboom
    • In de kerstboom werden allerlei kerstornamenten gehangen. 
Vertalingen