kartlegge
- kart·leg·ge
Naar frequentie | 39031 |
---|
kartlegge
- overgankelijk in kaart brengen, karteren
- overgankelijk een onderzoek instellen, in kaart brengen, monitoren, onderzoeken
- [1]: tegne kart over (bijv. et landområde)
- [2]: lage en oversikt over (bijv. selvmordsrisiko)
- Nynorsk: [1-2]: kartlegga
- Nynorsk: [1-2]: kartlegge
- Nynorsk: [1-2]: kartleggja
- Nynorsk: [1-2]: kartleggje
- kart·leg·ge
kartlegge
- overgankelijk in kaart brengen, karteren
- overgankelijk een onderzoek instellen, in kaart brengen, monitoren, onderzoeken
- [1-2]: kartlegga
- [1-2]: kartleggja
- [1-2]: kartleggje