jonnen
- jon·nen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
jonnen |
jonde |
gejond |
zwak -d | volledig |
jonnen
- overgankelijk verlenen, gunnen, toestaan
- Hem werd een aflaat gejond.
- Het woord jonnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "jonnen" herkend door:
10 % | van de Nederlanders; |
16 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be