Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·van·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
invangen
ving in
ingevangen
klasse 7 volledig

Werkwoord

invangen

  1. overgankelijk iets dat vrij was bij zich binden
    • Het mosselzaad wordt in deze wateren ingevangen. 
  2. overgankelijk (natuurkunde) een vrijbewegend voorwerp in een vaste baan doen komen
    • De manen Phobos en Deimos zijn in het verleden ingevangen door de planeet Mars. 

Gangbaarheid

62 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be