innette
- in·net·te
- afleiding van het versterkte bijvoeglijk naamwoord innet met de uitgang -e
innette
- verbogen vorm van de stellende trap van innet
- Je bent een echt jolige, innette kerel, en daarom moeten wij onze oude kameraadschap hernieuwen [1]
- Het woord 'innette' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Eschtruth, N. von"Feuilleton. Eene Verlovingsbadplaats." Rotterdamsch Nieuwsblad jrg. 14 nr. 4053 (4 juni 1891); p. 8 kol 2; geraadpleegd 2015-07-28