inhibit
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to inhibit |
he/she/it | inhibits |
verleden tijd | inhibited |
voltooid deelwoord |
inhibited |
onvoltooid deelwoord |
inhibiting |
gebiedende wijs | inhibit |
- Bekend sinds begin 15e eeuw; mogelijk van Latijn inhibitus (inhibere), of van inhibition.[1]
inhibit
- overgankelijk verbieden
- overgankelijk onderdrukken, remmen
- overgankelijk, (religie) een geestelijke uit diens ambt schorsen [1]