implantaatoverkappingprothese
- im·plan·taat·over·kap·ping·pro·the·se
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | implantaatoverkappingprothese | implantaatoverkappingprothesen implantaatoverkappingprotheses |
verkleinwoord | - | - |
de implantaatoverkappingprothese v
- overkappingprothese die bevestigd is aan een in de kaak aanwezig implantaat
- Het woord implantaatoverkappingprothese staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.