i backspegeln
- i back·spe·geln
- Frase van het Zweedse voorzetsel i en de Zweedse zelfstandig-naamwoordsvorm backspegeln (bepaalde vorm, gemeenschappelijk geslacht, enkelvoud van backspegel)
i backspegeln
- (figuurlijk) achteraf gezien, terugblikkend
i backspegeln