• hy·po·te·tisk
  • Afleiding van het Deense zelfstandige naamwoord hypotese met het voorvoegsel hypo- en met het achtervoegsel -isk
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
g enkelvoud hypotetisk mere hypotetisk mest hypotetisk
o enkelvoud hypotetisk
meervoud hypotetiske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
hypotetiske mere hypotetisk mest hypotetiske

hypotetisk

  1. hypothetisch


  • hy·po·te·tisk
  • Afleiding van het Noorse zelfstandige naamwoord hypotese met het voorvoegsel hypo- en met het achtervoegsel -isk
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud hypotetisk mer hypotetisk mest hypotetisk
o enkelvoud hypotetisk
meervoud hypotetiske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
hypotetiske mer hypotetisk mest hypotetiske

hypotetisk

  1. hypothetisch


  • hy·po·te·tisk
  • Afleiding van het Nynorske zelfstandige naamwoord hypotese met het voorvoegsel hypo- en met het achtervoegsel -isk
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud hypotetisk meir hypotetisk mest hypotetisk
o enkelvoud hypotetisk
meervoud hypotetiske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
hypotetiske meir hypotetisk mest hypotetiske

hypotetisk

  1. hypothetisch