Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • huw·baar·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord huwbaarheid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de huwbaarheidv

  1. het kunnen en mogen trouwen
     Ouders laten hun dochter besnijden om haar huwbaarheid te vergroten, vaak gebeurt dit onder grote druk van de gemeenschap. Meisjes die niet zijn besneden, worden gezien als onrein en maken de familie te schande. Volgens schattingen worden jaarlijks ongeveer 50 in Nederland woonachtige meisjes besneden; dat gebeurt vaak in het buitenland.[2]
     Tijdens een besnijdenis worden de clitoris en/of de schaamlippen weggehaald of dichtgenaaid. Ouders laten hun dochter besnijden om haar huwbaarheid te vergroten. Vaak gebeurt dit onder grote druk van de gemeenschap. Meisjes die niet zijn besneden, worden gezien als onrein en maken de familie te schande. Volgens schattingen worden jaarlijks ongeveer 50 in Nederland woonachtige meisjes besneden; dat gebeurt vaak in het buitenland.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Besneden vrouwen hebben vaker spanningen in relaties” (Zaterdag 6 februari 2010, 08:11), NOS
  3.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Door binnenlandredacteur Jille Zijlstra” (Dinsdag 8 maart 2011, 20:31), NOS