• hus·leg
  • Afkomstig van het Nynorske woord hus met het achtervoegsel -leg.
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud husleg huslegare huslegast
o enkelvoud husleg
meervoud huslege
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
huslege huslegare huslegaste

husleg

  1. huiselijk