hooggesprongen
- hoog·ge·spron·gen
- vervoeging van hoogspringen: voltooid deelwoord op te vatten als samenstelling van hoog bn en gesprongen ww
vervoeging van: | hoogspringen… |
verbogen vorm: | hooggesprongene |
hooggesprongen
- voltooid deelwoord van hoogspringen
- Het woord 'hooggesprongen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Visbeen, J."De swingende buitenbeentjes in de atletiek" in: De Telegraaf jrg. 96 nr. 31309 (10 september 1988); p. 131 (Seoel 19) kol. 3; geraadpleegd 2017-06-05
- ↑ Postma, S."Ingezonden. Uitvoering van „Brinio"" (16 maart 1892) in: Leeuwarder Courant nr. 67 (19 maart 1892); p. 2 kol. 4; (oudste vindplaats); geraadpleegd 2017-06-05