hoekrekjes
- Geluid: hoekrekjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhukrɛkjəs / (3 lettergrepen)
- hoek·rek·jes
- hoekrekje met uitgang -s
de hoekrekjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord hoekrek
- Notaris Linssen te Venray, zal op verzoek van Mej. Wed. Willem Poels, op Woensdag 11 Nov. 1908, 's morgens 9 uur en zoo noodig den volgenden dag, in het Hotel "de Zwaan" te Venray publiek verkoopen: 36 stoelen met rieten zittingen, fauteuils, bloementafeltjes, piano, pianostoel, 2 canapé's, spiegelkastje, commode, vleeschtafel, boekenrek, hoekrekjes, (…). [1]
- Het woord 'hoekrekjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ "Openbare Verkoop." in: Nieuwe Venlosche Courant jrg. 46 (7 november 1908); p. 4 kol. 5; geraadpleegd 2019-05-11