hoegenaamd
- Geluid: hoegenaamd (hulp, bestand)
- hoe·ge·naamd
- samenstelling van hoe en genaamd
hoegenaamd
- nagenoeg, bijna (niets, geen)
- De oppositiepartij vond hoegenaamd geen steun bij de andere fracties.
- Onze baas is vandaag ziek en dan gebeurt er hoegenaamd niets.
- ▸ Vooruitgang In premoderne samenlevingen had men een cyclische kijk op de geschiedenis: van vooruitgangsdenken was hoegenaamd geen sprake. Men ging ervan uit dat alles even slecht of goed zou blijven als het altijd was geweest.[1]
- nagenoeg, bijna (helemaal, compleet, volledig)
- Kikkers ontbreken hoegenaamd in droge bossen.
- Met de uitverkoop hebben we hoegenaamd alles verkocht.
- Het woord hoegenaamd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hoegenaamd" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ “Hoe overleef ik de moderne wereld” (2033), Atlas Contact , ISBN 9789045045979
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be