hemi-
Huidig bestand |
---|
1 |
- he·mi-
hemi-
- half, voor de helft
- hemiablepsie
- hemiachromatopsie
- hemiageusie
- hemialgie
- hemiamblyopie
- hemianesthesie
- hemianopie
- hemianopsie
- hemianosomie
- hemiataxie
- hemiatropie
- hemicyclus
- hemiopie
- hemisfeer
- hemisyndroom
- Het woord 'hemi-' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.