help vooruit
- help voor·uit
vervoeging van |
---|
vooruithelpen |
help (...) vooruit
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooruithelpen
- Ik help vooruit.
- gebiedende wijs van vooruithelpen
- Help vooruit!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooruithelpen
- Help je vooruit?
- Het woord help vooruit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.