• hel·dert op
vervoeging van
ophelderen

heldert (…) op

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophelderen
    • Jij heldert op. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophelderen
    • Hij heldert op. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ophelderen
    • Heldert op!