Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • haus·sier
enkelvoud meervoud
naamwoord haussier haussiers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de haussierm

  1. iemand die op koers- of prijsstijging speculeert
Verwante begrippen
Antoniemen

Gangbaarheid

26 % van de Nederlanders;
30 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be