• ha·pus

hapus

  1. verdwijnen, weggepoetst worden
    «Semuanya akan hapus dari muka bumi .»
    Zij zullen allen van de aarde verdwijnen.
    «Noda hitam pada baju itu tidak akan hapus
    De zwarte vlek op die bloes is niet weggepoetst.
  2. vegen


stellend vergelijkend vergrotend overtreffend
hapus hapused hapusach hapusaf

hapus

  1. blij