hangt bij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hangt bij
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bijhangen |
hangt (...) bij
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijhangen
- Jij hangt bij.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijhangen
- Hij hangt bij.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bijhangen
- Hangt bij!
Gangbaarheid
- Het woord hangt bij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.