haggis
  • hag·gis
  • uit het Latijn [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord haggis
verkleinwoord

de haggism

  1. (voeding) gevulde schapenmaag uit Schotland
     Gasten werden getrakteerd op een typisch Schots feest. En dat was dus compleet met doedelzakmuziek, 'Auld Lang Syne' gezongen door NostraDAMES, het traditionele Schotse gerecht Haggis en vanzelfsprekend ontbrak de whisky niet.[2]
     Haggis: Dit typisch Schotse gerecht wordt gemaakt door een schapenmaag te vullen met onder andere gemalen schapenlever, -tong, -hart en -vet. Voor veel mensen een reden om deze maaltijd over te slaan, maar wie durft kan het ook thuis bereiden.[3]
46 % van de Nederlanders;
57 % van de Vlamingen.[4]
  1. haggis op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Jelle Boesveld
    “Schots feestje in Wierden bij herdenking Robert Burns” (26-01-2018), Tubantia
  3.   Weblink bron “De gekste gerechten op vakantie: zo maak je ze thuis” (13-08-2018), Tubantia
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be