Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gren·zend
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: grenzen
verbogen vorm: grenzende

grenzend

  1. onvoltooid deelwoord van grenzen
  2. attributief gebruikt
    • Hij is geboren in het aan Liberia grenzende Sierra Leone. 
  3. bijwoordelijk gebruikt
    • Het is een vrijstaand huis met een flinke tuin grenzend aan een boomgaard.