Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·zwin·de

Bijvoeglijk naamwoord

gezwinde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gezwind

Werkwoord

vervoeging van: zwinden…
verbogen vorm: gezwindee

gezwinde

  1. verbogen vorm van gezwind, voltooid deelwoord van zwinden

Gangbaarheid