gewetenloosheid
- ge·we·ten·loos·heid
- afgeleid van gewetenloos met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gewetenloosheid | gewetenloosheden |
verkleinwoord |
de gewetenloosheid v
- het gewetenloos zijn
- De gewetenloosheid van de psychopaat is deel van het klinisch beeld.
- Het woord gewetenloosheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.