geteisterd
- Geluid: geteisterd (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəˈtɛistərt / (3 lettergrepen)
- ge·teis·terd
vervoeging van: | teisteren… |
verbogen vorm: | geteisterde |
geteisterd
- voltooid deelwoord van teisteren
- vormt de voltooide tijden
- Lepra is een van de oudst bekende ziekten die de mensheid heeft geteisterd.
- vormt de lijdende vorm
- Middelbare scholen worden geteisterd door geweldsincidenten.
- attributief gebruikt
- Het reddingswerk begint op gang te komen in het geteisterde gebied.
- als naamwoordelijk deel van het gezegde gebruikt
- Het zuiden van het land is recentelijk geteisterd door enorme branden.
- Het woord geteisterd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.