geraas
- ge·raas
- Naamwoord van handeling van razen met het voorvoegsel ge-.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geraas | - |
verkleinwoord | - | - |
het geraas o
- aanhoudend lawaai zoals dat van een woedende storm
- Houden jullie eens op met dat geraas!
- Het woord geraas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geraas" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be