• ge·kun·de
vervoeging van: kunnen…
verbogen vorm: gekundee

gekunde

  1. verbogen vorm van gekund, voltooid deelwoord van kunnen
    • Dit is het zeldzame voorrecht van de ware kunstenaar, de faber et artifex: voortdurend aanwezig te zijn in zijn werken die het meest essentiële, het beste van hem zijn en niet alleen ‘vertegenwoordigen’. Die ook - zoals in ons geval - een vriendschap blijven onderhouden, die dag-aan-dag het hart verwarmt zolang het nog blijft kloppen en het je vergund is liefdevol te kijken naar wat eens gemaakt werd door een welbekende hand, als gekunde, eerlijke uiting van hetgeen wij samen voelden, dachten en verlangden in ons allerdiepste wezen. [1]
    • En zo komt het dat al de vroegste schilderijen van Servaes, al wat hij voltooide van 1906 tot 1914 en zelfs nog later, er uit ziet als - neen, in waarheid is, het even innig oprechte als vaak onvoldoend gekunde, het des te meer ekspressieve als onschools gedane werk van een waar primitief, die toch al veel kunst leerde kennen. [2]