• ge·huis·vest
  • vervoeging van huisvesten: de stam met omvoegsel ge- -t, zonder -t omdat de stam al op -t eindigt
vervoeging van: huisvesten…
verbogen vorm: gehuisveste

gehuisvest

  1. voltooid deelwoord van huisvesten
     Het hotel in Albergen is nu ingericht voor 80 gasten, maar volgens de staatssecretaris kunnen er in potentie 300 asielzoekers worden gehuisvest.[1]
  1.   Weblink bron “Kabinet passeert voor het eerst gemeente: vergunning voor azc in hotel” (16 augustus 2018), NOS