gefinancierd
- ge·fi·nan·cierd
- vervoeging van financieren: de stam met omvoegsel ge- -d
vervoeging van: | financieren… |
verbogen vorm: | gefinancierde |
gefinancierd
- voltooid deelwoord van financieren
- ▸ Het vastgoedbestand was uitgebreid van de eerder berekende waarde van 40 miljoen tot 82 miljoen, een uitbreiding die werd gefinancierd met leningen van de Handelsbanken en de S-E-Banken van 30 miljoen.[1]
- Het huis was gefinancierd met behulp van een tophypotheek.
- ▸ Ze had een zoon die zijn eindexamen had gehaald als extraneus in Harnôsand, ze had ongetwijfeld zijn studie gefinancierd met al haar gezwoeg.[2]
- ▸ Het vastgoedbestand was uitgebreid van de eerder berekende waarde van 40 miljoen tot 82 miljoen, een uitbreiding die werd gefinancierd met leningen van de Handelsbanken en de S-E-Banken van 30 miljoen.[1]
stellend | |
---|---|
onverbogen | gefinancierd |
verbogen | gefinancierde |
partitief | gefinancierds |
gefinancierd [3]
- het aanwezig zijn van of geleend hebben van geldelijke middelen
- Het door de overheid gefinancierde museum was gratis toegankelijk voor alle burgers.
- Het woord gefinancierd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645149
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).