• gees·tes·oog
enkelvoud meervoud
naamwoord geestesoog -
verkleinwoord - -

het geestesoogo

  1. de beelden die men zich in gedachte van iets vormt
    • Dan zie ik schalen vol spaghetti – eigelijk altijd met bolognesesaus of spaghetti carbonara – voor mijn geestesoog langsdampen en kan bijna nergens anders meer aan denken.. 
89 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


enkelvoud meervoud
naamwoord geestesoog -

geestesoog

  1. geestesoog