Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·doem·de

Werkwoord

vervoeging van: doemen…
verbogen vorm: gedoemdee

gedoemde

  1. verbogen vorm van gedoemd, voltooid deelwoord van doemen

Bijvoeglijk naamwoord

gedoemde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gedoemd

Gangbaarheid