geblonken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·blon·ken
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van blinken: de stam met omvoegsel ge- -en en een klinkerwisseling i-o (IPAː /ɪ/ - /ɔ/)
Werkwoord
vervoeging van: | blinken… |
geen verbogen vorm |
geblonken
- voltooid deelwoord van blinken