Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • fuld·en·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Deense werkwoord ende met het voorvoegsel fuld-.
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
fuldende
fuldender
fuldendte
fuldendt
volledig

Werkwoord

fuldende

  1. voltooien

Verwijzingen